Drugs

Nieuw wietonderzoek ontkracht het stereotype van de 'luie stoner'

Uit onderzoek blijkt dat mensen die wiet gebruiken niet vaker ongemotiveerd zijn dan mensen die dat niet doen.
Weed marijuana cannabis drugs study science stoner stereotype lazy motivation war on drugs psychology effects
Foto alleen voor illustratieve doeleinden. Foto: Photoholgic, unsplash

Mensen die cannabis gebruiken worden in de media meestal neergezet als aartsluie stoners. Ook is dit beeld ook een pijler waar anti-drugscampagnes wereldwijd op gebaseerd zijn. Maar uit een nieuwe studie blijkt dat het vooroordeel dat mensen die wiet gebruiken lui en ongemotiveerd zijn, zelf wel eens lui zou kunnen zijn.

Advertentie

De studie, uitgevoerd door wetenschappers aan de Universiteit van Cambridge, University College London en King's College London, werd vorige maand gepubliceerd. Het onderzoek richtte zich op de vraag of mensen die cannabis gebruiken hogere niveaus van apathie (verlies van motivatie) en anhedonie (het verminderde vermogen om plezier of genot te ervaren) vertonen in vergelijking met mensen die geen cannabis gebruiken. Het onderzoek richtte zich ook op de vraag of ze minder bereid waren fysieke inspanning te leveren om een beloning te ontvangen.

“We zijn zo gewend om ‘luie stoners’ in de media te zien dat we niet stilstaan bij de vraag of dat een accurate weergave van cannabisgebruikers is. Ons werk impliceert dat dit op zich een lui stereotype is, en dat mensen die cannabis gebruiken niet vaker een gebrek aan motivatie hebben of luier zijn dan mensen die dat niet doen,” aldus Martine Skumlien, een van de auteurs van de studie.

Cannabis kan natuurlijk geassocieerd worden met allerlei psychosomatische effecten, afhankelijk van het soort wietplant en de unieke kenmerken van de persoon die het gebruikt. Maar een beter begrip van wat cannabis wel en niet doet, kan leiden tot een beter begrip van de mensen die het gebruiken, en tot een betere discussie over de plant in het algemeen.

Advertentie

Aan het onderzoek namen 274 adolescenten en volwassenen deel, die in de afgelopen drie maanden minstens eenmaal per week en gemiddeld vier dagen per week cannabis hadden gebruikt. Zij werden vergeleken met een groep mensen die geen wiet gebruikten, gematcht op leeftijd en geslacht. Om apathie en anhedonie te meten, rangschikten de deelnemers stellingen zoals hoe graag ze bij familie en vrienden zijn, hoe geïnteresseerd ze zijn in het leren van nieuwe dingen, en hoe waarschijnlijk het is dat ze een klus tot het einde toe zullen volbrengen.

Onderzoekers ontdekten dat mensen die cannabis gebruikten geen grotere apathie of anhedonie rapporteerden dan mensen die geen cannabis gebruikten.

In feite scoorden de mensen die cannabis gebruikten iets lager op anhedonie dan degenen die dat niet deden. Dit suggereert dat de eerste groep beter in staat is te genieten van plezierige activiteiten dan de laatste groep. Volgens de auteurs van de studie kan dit komen doordat mensen die geneigd zijn op zoek te gaan naar plezier ook vaker cannabis gebruiken. Maar de auteurs waarschuwden ook dat het gevonden verschil klein was en met voorzichtigheid moet worden geïnterpreteerd.

Adolescenten, of ze nou wiet gebruikten of niet, rapporteerden meer apathie en anhedonie dan volwassenen. Dit wijst er op dat adolescenten niet kwetsbaarder zijn dan volwassenen voor de zogenoemde negatieve effecten van wiet.

Advertentie

De onderzoekers vonden ook geen verband tussen de regelmaat van cannabisgebruik en apathie of anhedonie. 

“Ons bewijs wijst erop dat cannabisgebruik geen effect lijkt te hebben op de motivatie van recreatieve gebruikers. De deelnemers aan onze studie gebruikten dagelijks cannabis en zij hadden niet meer last van een gebrek aan motivatie,” zegt Barbara Sahakian, een andere auteur van de studie.

Sahakian merkt echter ook op dat hun studie niet kon uitsluiten dat een groter gebruik van cannabis, zoals bij mensen die heel erg veel wiet roken waardoor ze verslaafd raken, de motivatie kan beïnvloeden.

De onderzoekers keken ook naar het verband tussen cannabisgebruik en het verlangen naar, of de bereidheid moeite te doen voor een beloning.

Iets meer dan de helft van de deelnemers voerde een aantal gedragstaken uit. De eerste taak meette de bereidheid om moeite te doen voor een beloning. Deelnemers konden op knopjes drukken om daarmee punten te scoren, die ze later konden inruilen voor snoepjes. Er waren drie moeilijkheidsniveaus en drie beloningsniveaus, en er werden punten gegeven aan deelnemers die de taken aanvaardden en voltooiden. Hoe hoger de punten, hoe meer een deelnemer bereid was zich in te spannen om een beloning te krijgen.

Bij de tweede taak werd gemeten hoeveel plezier de deelnemers beleefden aan beloningen. De deelnemers werd eerst gevraagd in te schatten hoe graag ze elk van de drie beloningen (dertig seconden van een van hun favoriete liedjes, een stuk chocolade of een snoepje, en een muntstuk van ter waarde van één pond, wat overeenkomt met ongeveer 1,15 euro) wilden ontvangen op een schaal van “ik wil dat helemaal niet” tot “ik wil het heel graag”. Vervolgens ontvingen zij de beloningen en werd hun gevraagd aan te geven hoe aangenaam zij die vonden op een schaal van “helemaal niet leuk” tot “heel erg leuk:.

Advertentie

De onderzoekers vonden voor beide taken geen significant verschil tussen mensen die wiet gebruikten en mensen die dat niet deden, of tussen de leeftijdsgroepen. Dit suggereert dat mensen die cannabis gebruiken net zo bereid zijn moeite te doen om beloond te worden als mensen die geen wiet gebruiken.

Let wel, de deelnemers waren tijdens het onderzoek nuchter, en dus is het mogelijk dat de motivatie afneemt wanneer men high is. Het is ook mogelijk dat de deelnemers die cannabis gebruikten in het onderzoek gemotiveerder wilden lijken om het stereotype van de luie stoner te ontkrachten.

Eerder dit jaar publiceerde hetzelfde team van onderzoekers een studie die functionele MRI gebruikte om aan te tonen dat mensen die wiet gebruikten vergelijkbare reacties op het beloningssysteem hadden als mensen die geen cannabis gebruikten.

“Onredelijke veronderstellingen kunnen een stigmatiserend effect hebben en de boodschap over schadebeperking bemoeilijken,” zegt Skumlien. “We moeten eerlijk en oprecht zijn over wat wel en over wat geen schadelijke gevolgen van wietgebruik zijn.”


Dit artikel verscheen oorspronkelijk op VICE ASIA.

Volg VICE België en VICE Nederland ook op Instagram.