Identiteit

Vaginisme als gevolg van taboes rond seks en intimiteit

"De zwijgcultuur en taboes rond intimiteit waarmee ik opgroeide, lieten me onwetend achter, met een toxische kijk op seks en intimiteit."
taboe
Foto: Mart Production via Pexels

We kunnen spreken van vaginisme als er een abnormale angst is voor seksuele activiteit,” vertelt dokter Fatima Ahankour van het Ziekenhuis Netwerk Antwerpen. “Die angst uit zich in het onvrijwillig opspannen van de spieren in de bekkenbodem en vagina waardoor penetratie of andere seksuele handelingen pijnlijk, moeilijk of zelfs onmogelijk worden”. De voornaamste oorzaken voor het ontwikkelen van vaginisme zijn een nare seksuele ervaring of een abnormale seksuele benadering, zoals aanranding, verkrachting, een pijnlijke eerste keer, een moeilijke zwangerschap of een pijnlijke bevalling. 

Advertentie

Bij Aïcha* (23) is vaginisme een gevolg van de taboes en zwijgcultuur waarmee ze opgroeide. “Het komt ook vaak voor bij vrouwen met een religieuze - vaak een islamitische - achtergrond, vooral wanneer ze zijn opgegroeid in een gezin waar seksualiteit weinig tot niet besproken werd,” voegt dokter Ahankour toe. “Daardoor kan er een angstcultuur gecreëerd worden die samengaat met een grote belangstelling voor het behoud van het maagdenvlies. Angst is bovendien dé drijfveer voor het ontwikkelen van vaginisme.” 

Naast de onbesprokenheid van seksualiteit, zijn er vaak ook onbesproken verwachtingen: moslims horen te waken over hun eerbaarheid, of beter gezegd, maagdelijkheid. Dat bevestigt dokter Ahankour: “Al van jongs af aan wordt dat idee meegegeven, waardoor angst voor seksueel contact al vanaf de puberteit ontstaat. Maar die angst kan ook ontstaan door het vaak horen van verhalen over negatieve ervaringen en te verwachten pijn.” Veel moslimmeisjes beslissen dan ook al vaak op jonge leeftijd om geen seksuele relaties aan te gaan voor het huwelijk. 

“Onbewust wordt er een verdedigingsmechanisme ontwikkeld, waardoor de uiteindelijke overgang naar een seksuele relatie niet vanzelfsprekend is,” licht ze toe. “Je idee loslaten en je van het ene moment op het andere openstellen voor een seksuele relatie is moeilijk. Onthouding verhoogt bovendien de drempel om een seksuele relatie aan te kunnen gaan, en de angst voor seksueel contact verdwijnt niet zomaar.” Vaginisme behandelen kan enkel met behulp van psycho- en bekkenbodemtherapie.

Advertentie

Nu Aïcha dit weet, trekt ze alles in twijfel; de keuzes die ze maakte toen ze jong was, de verplichtingen die ze zichzelf oplegde en het ideale beeld dat ze had van haar toekomstige zelf. Ze vertelde ons over haar persoonlijke ervaring.


Dit jaar ging ik voor het eerst in mijn leven naar een gynaecoloog. Er wordt gezegd dat je pas moet langsgaan wanneer je seksueel actief bent. Omdat ik nog nooit seks heb gehad, had ik nooit het gevoel dat ik moest gaan. Maar omdat ik last had van mijn menstruatie, besloot ik toch een afspraak te maken. Het was een vreemde en pijnlijke ervaring. Zelfs de kleinste aanraking deed pijn. Dat was een abnormale reactie volgens de gynaecoloog die me onderzocht. Na een lang gesprek, kon ze vaststellen dat ik vaginisme heb. Ik had weleens over vaginisme gehoord, maar ik dacht dat het enkel ontstond na verkrachting of aanranding. Maar dat zijn slechts enkele oorzaken. De ideeën rond intimiteit die je van je omgeving meekrijgt, spelen een grote rol. Als je opgroeit in een omgeving waar intimiteit taboe is, en er een zwijgcultuur heerst, wat bij mij het geval was, ontwikkel je automatisch angst voor intimiteit.

Sinds ik weet dat ik vaginisme heb, trek ik alles in twijfel. Ik zit met veel vragen, en begin alles opnieuw te analyseren: het verleden, de keuzes die ik maakte en de doelen die ik stelde voor de toekomst. 

Ik groeide op in een islamitisch gezin. Thuis werd er nooit over seks gesproken. Het was en is nog steeds taboe. Er werd me zelfs niet verteld dat seks enkel toegestaan is binnen het huwelijk, dat kwam ik via mijn moslimvrienden te weten. Dat ik als volwassen vrouw eens best bij de gynaecoloog langs ga, wist ik dus ook niet. Als ik geen last had van mijn maandstonden, was ik niet naar de gynaecoloog geweest. Dan had ik ook nog niet geweten dat ik vaginisme heb. Of toch niet tot ik uiteindelijk seks zou hebben, wat een onaangename ervaring zou zijn. Wie weet zou ik dan nog steeds denken dat die enorme pijn normaal is. 

Advertentie

Vanaf mijn tienerjaren begon ik te zoeken naar mijn identiteit, mijn roots en religie. Ik wilde weten wie ik was en wie ik wilde zijn. Ik wilde weten waarom ik geloof, en niet enkel geloven omdat ik dat van thuis heb meegekregen. Hoe meer ik las, hoe meer verbinding ik kreeg met de islam. En omdat ik mezelf wilde beschermen, besloot ik als jong meisje om te wachten met seks. Ik wilde geen nare eerste ervaring hebben. Ik dacht, als ik wacht, zal het met de juiste persoon gebeuren.

Niet alle vrouwen die kiezen om te wachten met seks ontwikkelen vaginisme. Het gaat om hoe je ermee omgaat. Ik nam het zo serieus dat het toxisch werd voor mezelf. Ik geloofde dat ik een slecht persoon zou zijn als het wel zou gebeuren. Zonder dat ik het besefte, ontwikkelde ik zo’n grote angst voor alles wat te maken had met seks. Wachten leek me dus de beste - en veiligste - optie.

Omdat ik zo veel belang hechtte aan onthouding, ontweek ik alles wat tot seks kon leiden. Daarom had ik tijdens mijn tienerjaren nooit een vriendje. Ik wilde geen risico’s nemen om “fouten” te maken. Eerst vond ik dat niet moeilijk. Maar naarmate ik ouder werd, en me meer openstelde voor relaties, werd de uitdaging steeds groter. 

Als ik met iemand was aan het daten, voelde ik vaak al snel de druk om te vertellen dat ik wilde wachten met seks. Ik merkte al snel dat mannen daarvan schrokken. Ze wezen me ook vaak af om die reden, zelfs moslimmannen, die het eigenlijk zouden moeten begrijpen. Misschien kregen ze het idee dat ik meteen wilde trouwen, maar al wat ik wilde duidelijk maken, was dat ik niet verder zou gaan dan kussen. Iedere keer opnieuw verwaterde het contact na een tijd. Ik dacht, als moslimmannen dat al niet accepteren, wat dan met mannen in het algemeen? Ik voelde me onbegrepen, een alien.

Advertentie

Op mijn 21ste had ik voor het eerst een relatie. Omdat ik me goed voelde bij mijn toenmalige vriendje, zocht ik mijn grenzen steeds meer op, en probeerde ik ze beetje bij beetje te verleggen. Terwijl ik eerst niet verder ging dan kussen, was voorspel de nieuwe grens die ik stelde. Verder dan dat zou ik niet gaan. Maar ik was nooit volledig ontspannen. Tijdens intieme momenten probeerde ik steeds de situatie onder controle te houden, uit angst dat het te ver zou gaan. Ik was zo op mijn hoede dat ik nooit volledig in het moment was. Achteraf voelde ik me vervreemd van mezelf. Ik voelde me schuldig, want ik had het gevoel dat ik een grote fout had gemaakt. Dat ook dit schuldgevoel een gevolg is van de zwijgcultuur en onbesproken verwachtingen waarmee ik opgroeide, besefte ik toen niet.

Ik wil genezen. Of dat nu met of zonder seks is, maakt me niet uit. Ik wil gezond leren kijken naar intimiteit. Daarom ga ik naar de psycholoog en volg ik bekkenbodemtherapie, een methode waarbij je leert de spieren van je bekkenbodem te voelen en bewust te gebruiken. En zo probeer ik stilaan mijn denkbeeld te veranderen.

De zwijgcultuur waarmee ik opgroeide, liet me achter in onwetendheid en met een toxische kijk op seks en intimiteit. Nu probeer ik los te komen van het oude idee dat voorheen de veiligste optie was voor mij. En hoewel ik kritischer ben geworden, blijft dat een uitdaging, want als je een bepaald denkbeeld hebt gevormd, is het moeilijk om die te veranderen. Niet onmogelijk, maar ook niet makkelijk. Als kind of tiener heb je geen besef van de impact van je keuzes op de rest van je leven. Normen en gedragingen overnemen van je omgeving is normaal. Vaak worden die later pas in vraag gesteld. 

Ik geloof dat er vele andere moslimvrouwen zijn met vaginisme. Vrouwen die wel of niet kiezen om te wachten, vrouwen die opgroeiden in een omgeving vol taboes, vrouwen die het misschien niet weten en nog steeds denken dat pijn normaal is. Dat taboes negatieve gevolgen hebben op ons leven, is ondertussen al duidelijk. Maar om die te doorbreken, moeten we erover spreken. Pas dan kunnen we een einde maken aan de toxiciteit rond intimiteit.

*Aïcha is een alias, omwille van de gevoeligheid van het onderwerp, en om haar identiteit te beschermen.

Volg VICE België en VICE Nederland ook op Instagram.