FYI.

This story is over 5 years old.

De week van de geestelijke gezondheid

Hoe het is om de straat niet meer op te durven

Wanneer je last hebt van agorafobie kunnen de meest alledaagse situaties die zich buiten je eigen huis afspelen, zoals een ritje met het openbaar vervoer, al tot grote angst leiden.

De hele week staat VICE in het teken van psychische gezondheid onder jongeren, en proberen we een licht te schijnen op een aantal van de belangrijkste kwesties die daarbij komen kijken.

Als ik te lang binnen zit, bijvoorbeeld op een brakke zaterdag, dan komt er altijd een moment dat ik gek word en per se naar buiten moet. Dat is vervelend, zeker als ik me dan eerst helemaal moet aankleden, maar het tegenovergestelde is veel erger. Sommige mensen krijgen juist vreselijk de rillers van alleen al het idee om naar buiten te gaan. Deze mensen lijden aan agorafobie, oftewel pleinvrees of straatvrees. Wanneer je last hebt van agorafobie kunnen de meest alledaagse situaties die zich buiten je eigen huis afspelen, zoals een ritje met het openbaar vervoer, al tot grote angst leiden. Hierdoor ontstaat er vermijdingsgedrag, waardoor mensen met agorafobie uiteindelijk vaak in een sociaal isolement belanden. Daarnaast hebben deze mensen last van anticipatieangst, waarbij ze vooraf al heel bang zijn om buiten in paniek te raken. Agorafobie is een angststoornis, waar ongeveer 1% van de Nederlandse bevolking ooit last van krijgt. Je huis niet uit durven heeft me altijd al een van de vreselijkste dingen ooit geleken. Ik wilde graag eens iemand spreken die hiermee te kampen heeft, en na een kleine zoektocht kwam ik terecht in een facebookgroep voor mensen met agrofobie. Daar ontmoette ik Janneke van der West, die me er alles over wilde vertellen. VICE: Ha, Janneke. Kun je eens vertellen hoe je straatvrees destijds is ontstaan?
Janneke: Achteraf gezien is het geleidelijk proces geweest. Zes jaar geleden was mijn moeder erg ziek en ik wilde er honderd procent voor haar zijn. Dat zorgde ervoor dat ik me heel gespannen voelde. Ik ben toen voor die spanningen naar de huisarts gegaan, waar ik oxazepam kreeg voorgeschreven, maar die medicatie wakkerde voor mijn gevoel juist alleen maar méér paniek aan. Toen begon ik moeite te krijgen met naar buiten gaan. Ik stopte met die medicatie en werd door de huisarts doorverwezen naar een psycholoog. Na een tijdje werd de diagnose agorafobie gesteld. Pas later bleek ik ook nog een paniekstoornis te hebben, en die twee versterken elkaar. Pleinvrees is puur de angst om naar buiten te gaan, maar een paniekstoornis draait meer om angst voor mogelijke paniekaanvallen. Angst voor de angst, dus eigenlijk. Hoe is je leven veranderd sinds je straatvrees hebt?
Ik had een sociaal leven, hield van stappen. In korte tijd draaide dat 180 graden om. Ik had een baan als sociaal cultureel werkster, maar werken werd steeds moeilijker. Als ik bijvoorbeeld kinderen moest ophalen van de schaatsbaan, verzon ik smoesjes om niet naar buiten te hoeven gaan. Ik zei dan bijvoorbeeld dat ik een vergadering had en daardoor geen tijd had. Al vrij snel ben ik de ziektewet ingegaan, omdat ik het onverantwoordelijk vond om te blijven werken. Ik durfde niet eens over straat, en dat was wel nodig voor mijn baan. Daarom wilde ik actief aan m'n probleem gaan werken, want ik wilde zo snel mogelijk weer aan het werk gaan. Ik begon wekelijkse therapiesessies te volgen, maar tijdens die sessies verzweeg ik hoe het nou echt met me ging. Ik wilde te graag weer 'normaal' zijn en functioneren zoals andere mensen. Kort daarna ben ik weer een halfjaar aan het werk gegaan, maar het ging gewoon niet. Sindsdien heb ik niet meer gewerkt. Waar ben je nou precies bang voor, als je naar buiten gaat?
Het gaat puur om de angst voor de angst; ik ben bang weer een paniekaanval te krijgen als ik buiten kom. Wanneer ik eenmaal last heb van een paniekaanval, word ik eerst heel duizelig. Ik voel m'n benen niet meer en ben eigenlijk verstijfd. Dat is het moment waar ik het bangst voor ben, want ik vergeet dan door de paniek wat ik moet doen. Ook ben ik altijd bang dat het dit keer niet om een paniekaanval gaat, maar dat ik lichamelijk wat mankeer en ik bijvoorbeeld een hartaanval krijg. Nu probeer ik weer wat vaker buiten te komen, het liefst met iemand erbij. Ik ga liever 's avonds naar buiten, omdat je dan de diepte van de straat minder goed ziet en je je er daardoor niet zo bewust van bent hoe ver je nog moet lopen. Dat wakkert minder angst aan.

"Ik vind niet dat ik labiel ben; iedereen heeft een gebruiksaanwijzing, en bij mij zijn er gewoon wat extra aanwijzingen toegevoegd."

Kun je beschrijven hoe een gemiddelde dag er voor jou uitziet?
Ik sta altijd vroeg op, rond een uur of zeven. Eén middag in de week doe ik vrijwilligerswerk in een zorgcentrum dat heel dichtbij mijn huis is. 's Ochtends doe ik meestal het huishouden. Ik heb ook wel hobby's waar ik me vanuit huis mee bezighoud. Een tijdje terug heb ik een wigwam gemaakt voor kinderen in het ziekenhuis, om toch het gevoel te hebben dat ik actief deelneem aan de maatschappij. Vriendinnen komen me vaak thuis opzoeken. Lunchen buiten de deur lukt me sinds kort, maar ik moet dan wel met de auto gaan en naast de deur parkeren. Langere afstanden lopen of fietsen lukt me nog niet. Soms doe ik therapeutische oefeningen, zoals buiten een kort rondje lopen. Dat deed ik ook af en toen in het Centrum voor Angst- en Dwangstoornissen, in Venray. Daar heb ik vijf maanden vrijwillig gezeten. Kun je eens beschrijven hoe je leven er in dat centrum uitzag?
Ik had er weinig privacy, maar het was goed om van huis weg te zijn. Je maakt daar deel van een groep uit, maar je volgt ook individuele therapie. Er worden veel oefeningen gedaan; exposure-oefeningen bijvoorbeeld, waarbij je de straat op moet. Soms alleen, soms met een andere cliënt of een behandelaar. Daar had ik heel veel aan – ook al had ik tijdens de oefeningen nog wel vaak paniekaanvallen. Heeft het geholpen?
Nou, voordat ik het centrum inging werd er al gezegd dat ze niet de garantie konden geven dat ik na mijn tijd daar compleet genezen zou zijn. Toch heb ik wel beter met mijn straatvrees om leren gaan. Dat is winst, want daardoor hoeft nu niet meer de hele tijd iedereen in mijn sociale kring zich aan mij aan te passen, zoals dat daarvoor wel altijd was – aangezien ik toen vrijwel nooit de deur uit ging. Wat voor reacties krijg je van mensen?
Ik kan nooit zo goed uitleggen waar ik last van heb, want ik begrijp het vaak zelf niet eens. Ook heerst er een soort taboe rondom het onderwerp. Ik heb er een hekel aan wanneer mensen me gaan vertellen hoe ik al mijn problemen moet oplossen. Kennissen die op verjaardagen tegen me zeggen: "Zou je niet weer eens aan het werk gaan?" Mijn voormalig beste vriendin vroeg me: "Hoe moet ik nou met jou omgaan, als je zo labiel bent?" Maar ik vind niet dat ik labiel ben; iedereen heeft een gebruiksaanwijzing, en bij mij zijn er gewoon wat extra aanwijzingen toegevoegd. Heb je ooit medicatie geslikt voor je angststoornis?
Nadat ik oxazepam had geprobeerd slikte ik valeriaan, een natuurlijk middel om rustig van te worden. Ook heb ik twee weken lang orap geslikt, maar die medicatie was veel te heftig. Ik zakte soms in elkaar, had veel hoofdpijn en had steeds het gevoel dat ik op instorten stond. Uiteindelijk heb ik twee jaar dagelijks 20 milligram lexapro geslikt – een vrij hoge dosis – en ben ik twintig kilo aangekomen. Ik heb toen veel last gehad van geheugenverlies. Uiteindelijk ben ik gestopt met al die medicatie, want de positieve effecten waren minimaal en de bijwerkingen te vervelend. Wel slik ik nog iets voor mijn ADD, waardoor ik me beter kan focussen. Dit heeft ook positieve effecten op mijn agorafobie, want als ik bijvoorbeeld in een café zit te eten kan ik me beter concentreren op het eten zelf, in plaats van op alles wat er om me heen gebeurt. En hoe zie je je toekomst voor ogen?
Ik volg op dit moment therapie, en daarna gaat iemand van de GGZ me verder helpen. Verder sta ik positief in het leven. Het feit dat ik nu af en toe weer boodschappen doe, geeft me een gevoel van vrijheid. Voor andere mensen stelt dat niets voor, maar voor mij is dat echt een grote stap. Ik wil focussen op wat ik wél kan. Ook wil ik structureel korte rondjes door de stad gaan lopen. Dat heb ik nu één keer gedaan. Ik denk wel dat het uiteindelijk goed zal komen. Bedankt Janneke! Als jij of iemand in je omgeving worstelt met depressie, suïcidale gedachten, of andere psychische problemen, neem dan contact op met Stichting Korrelatie op 0900 1450, of kijk op korrelatie.nl. Lees meer artikelen over geestelijke gezondheid op onze themapagina.