Gestolen bij de geboorte: de pijnlijke erfenis van het gedwongen adoptiebeleid in Australië
Illustraties door Ashley Goodall

FYI.

This story is over 5 years old.

Identiteit

Gestolen bij de geboorte: de pijnlijke erfenis van het gedwongen adoptiebeleid in Australië

Gedwongen adoptie werd als de ideale oplossing gezien voor getrouwde echtparen die geen kinderen konden krijgen, in combinatie met het grote aantal alleenstaande vrouwen dat “onwettige” baby’s kreeg.

Amper een paar minuten nadat ze haar dochter in 1969 in het Crown Street Women's Hospital in Sydney gebaard had, werd het meisje al van Christine Cole afgepakt. "Ik werd door drie verpleegsters naar de achterkant van het bed geduwd. Er werd een kussen op mijn borst gedrukt en de verloskundige aan het eind van het bed zei: 'Dit heeft niks met jou persoonlijk te maken,'" herinnert Cole zich, nu een prominent mensenrechtenactivist en geleerde. In de dagen voor de geboorte kreeg Cole, toen 16 jaar, allerlei slaapverwekkende geneesmiddelen en andere sedativa toegediend. Na de geboorte kreeg ze hormonen, die ervoor zorgen dat haar melkproductie werd stopgezet, en werd ze naar een andere faciliteit overgebracht. Zo zou de kans dat ze weer contact zou hebben met haar pasgeboren kindje minimaal zijn. "Ik had helemaal geen schriftelijke toestemming gegeven voor adoptie," zegt ze. "Er werd verondersteld dat mijn baby geadopteerd zou worden, of ik dat nou wilde of niet." Coles ervaring maakte deel uit van een enorme piek in het aantal adopties die op dat moment in Australië plaatsvond. Tussen 1950 en 1985 werden er zo'n 150.000 baby's geadopteerd.

Advertentie

Mijn baby zou geadopteerd worden, of ik dat nou wilde of niet.

Van tienduizenden van deze adopties wordt nu gedacht dat ze zonder wederzijdse toestemming zijn uitgevoerd, door toedoen van een overheidsbeleid dat nu bekend staat als "gedwongen adoptie." Slachtoffers van het beleid en actievoerders zijn van mening dat het niets meer dan een mensenrechtenschending is. Vragen vanuit de overheid en onafhankelijk onderzoek door geleerden, zoals Cole, hebben onlangs de honderden ervaringen van alleenstaande en ongetrouwde, zwangere vrouwen in deze periode aan het licht gebracht. Zij vertellen dat ze meerdere malen gedrogeerd zijn, dat er tegen hen gelogen is, dat ze zowel emotioneel als fysiek werden aangevallen en dat de autoriteiten hen dwongen hun kinderen af te staan. Hun verhalen zetten een dystopisch beeld neer van overtredingen door overheidsinstanties en de medische wereld, in combinatie met de bekrompen, sociale houdingen van destijds. Net als de moeders van het grote aantal kinderen dat afgenomen werd van Aboriginals en Straat Torres-eilanders, zien veel van de moeders in dit verhaal hun afgenomen kinderen als een "gestolen generatie". "'Gedwongen adoptie' is niet de juiste benaming voor wat er hier gebeurd is – dit was een assimilatiebeleid door de overheid, dat door heel Australië uitgevoerd werd," zegt Cole, die sindsdien haar PhD-graad behaald heeft over dit onderwerp. "Wij werden gezien als minderwaardige tweederangsburgers, enkel en alleen omdat we niet getrouwd waren. Er werd doelbewust gedaan alsof het iets afwijkends was om een alleenstaande moeder te zijn. Ze gingen ervan uit dat we op moreel en mentaal vlak inferieur waren, en daarom mentaal niet in staat waren onze kinderen op te voeden. Dit was ontzettend hypocriet, want na de geboorte werden we vaak als slaven aan het werk gezet voor getrouwde stellen. Er werd van ons verwacht dat we hun huizen schoon zouden maken en op hun kinderen zouden letten, soms wel tachtig uur per week." De geïnstitutionaliseerde diefstal van baby's begon in 1950. Het werd gezien als de ideale oplossing voor twee belangrijke sociale problemen: getrouwde echtparen die geen kinderen konden krijgen, en het grote aantal alleenstaande vrouwen dat "onwettige" baby's kreeg. In gerechtelijke uitspraken en andere officiële documenten uit die tijd is te lezen dat deze vrouwen als "seksueel afwijkend" werden gezien; ze zouden "weinig geliefd zijn bij de buren" en "ongeschikt" om ouder te zijn. Om die reden kregen ze geen enkele inspraak. In plaats daarvan werd het binnen ziekenhuizen een standaard protocol dat hun baby's geadopteerd werden. Meteen daarna werd het aangepaste geboortecertificaat van dergelijke kinderen verzegeld, waardoor de nieuwe identiteit van de kinderen zwart op wit stond. Deze praktijken werden ook goedgepraat door de sociale diensten, door naar een destijds populaire, psychologische theorie te verwijzen – de 'hechtingstheorie', om precies te zijn. Dit hield in dat het 't beste was voor het kind, wanneer het direct na de geboorte bij de moeder werd weggehaald. Enerzijds zou dit de relatie tussen de baby en de adoptieouders ten goede komen, anderzijds zou de biologische moeder "door kunnen gaan met haar leven." (In werkelijkheid kwijnden baby's vaak wekenlang, soms zelfs maandenlang, weg in instituties. Een vrouw uit Melbourne vertelde dat er meer dan twee maanden na de geboorte van haar zoon contact met haar opgenomen werd, met de vraag of ze de kosten van zijn verzorging op zich kon nemen. Door zijn handicap werd hij maar niet geadopteerd.) "Het ontmenselijken van alleenstaande moeders maakte het voor de werknemers van de kraamafdeling mogelijk om onze baby's weg te halen, zonder daar verder iets bij te voelen," legt Cole uit, die opmerkt dat deze wrede praktijken decennialang hebben voortgeduurd. "Het was zelfs zo dat sommige medewerkers zeiden dat we ons niet aan onze baby's hechtten zoals 'normale', getrouwde moeders dat deden. Daarom zouden we meer op dieren lijken, zonder echte gevoelens voor onze kinderen."

Advertentie

Brenda Coughlan was 17 jaar toen ze in 1963, tijdens de geboorte van haar dochter, werd gedrogeerd en vastgeketend, in de Australische staat Victoria. "Wij werden uiteindelijk onderdeel van de oplossing voor onvruchtbaarheid," zegt ze. "Er werd ons zelfs verteld dat er geen baby's in onze buiken groeiden, maar 'bulten'."

Coughlan, die nu deel uitmaakt van de protestgroep

Independent Regional Mothers

(IRM), trouwde met de vader van haar afgepakte dochter. Het stel kreeg samen nog twee kinderen. Pas 28 jaar later wist ze haar verloren dochter op te sporen en werden de twee herenigd.

De altijd "lege stoel aan de eettafel" had duidelijk effect op zowel haar kinderen als haar kleinkinderen, voor wie de afwezigheid ook voelbaar en pijnlijk was.

Veel slachtoffers gaven aan last te hebben van angst- en paniekstoornissen, drugsmisbruik, zelfmoordneigingen en een diepgeworteld wantrouwen in anderen.

Als antwoord op eisen die door verschillende protestgroepen werden gesteld, waaronder Apology Alliance waar Cole deel van uitmaakt, bood premier Julia Gillard in 2013 haar formele excuses aan namens Australië, voor al het leed dat was veroorzaakt door het vroegere overheidsbeleid. In haar speech zei Gillard de "schandelijke praktijken", die duizenden moeders hun rechten ontnomen hadden, te betreuren. Ze beloofde daarbij dat er meer geld vrijgemaakt zou worden om de slachtoffers te helpen hun biologische ouders op te sporen, en psychologische hulp te krijgen. Actievoerders en slachtoffers verwelkomden de verontschuldiging met open armen, maar anderen wachten op een meer gedetailleerde verantwoordingsplicht voor de misdaden uit het verleden, en dan in het bijzonder aan de kant van de rechtsinstanties en de medische wereld. Verschillende ziekenhuizen in Australië hebben hun excuses aangeboden voor hun vastgestelde "medische wanpraktijken en onrechtmatige behandeling" van moeders en baby's. Desondanks, zegt Coughlan, hebben instanties als de Australian Medical Association en Health Practitioner Regulation Agency tot dusver geweigerd om een publieke verklaring te doen, of misdaden te onderzoeken die aan deze zaken verbonden zijn – waaronder het veronderstelde seksueel misbruik en het toedienen van verboden middelen als heroïne bij ongetrouwde moeders, zowel voor als na de geboorte. Ook zegt Coughlan dat bepaalde instanties, die de slachtoffers bij zouden moeten staan en financieel gesteund worden door de overheid, de misdaden blijven bagatelliseren, door met termen als 'post-adoptie' te strooien – terwijl de meeste moeders die slachtoffer geworden zijn van het beleid de praktijken als mensenrechtenschendingen hebben ervaren. Veel slachtoffers en actievoerders hebben publiekelijk aangegeven dat de spijtbetuiging alleen niet genoeg is: zij eisen een financiële compensatieregeling vanuit de staat of federale overheid. Cole legt uit: "Er zou wettelijk een financiële compensatie moeten volgen, omdat de regering haar burgers opzettelijk benadeeld heeft. Het is niet alleen een noodzakelijke consequentie van de praktijken van de overheid, maar ook een waarschuwing voor toekomstige regeringen – dat de geschiedenis zich niet nog eens herhaalt." De verschillende prioriteiten en oproepen van de moeders tonen aan hoe persoonlijk de verschillende ervaringen zijn, en welke psychologische en sociale consequenties deze hebben gehad. "We weten dat gedwongen adoptie, door iedereen die ermee te maken heeft gehad, anders ervaren wordt," zegt Lyn O'Grady van de Australian Psychological Society, dat ook een programma aanbiedt dat betrekking heeft tot de gedwongen adopties: er wordt onderzoek gedaan, en hulpverleners wordt aangeleerd hoe ze slachtoffers hulp kunnen bieden.

Advertentie

Voor sommigen zal geen enkel bedrag ooit genoeg zijn om de pijn, die ze ook nu nog bij zich dragen, te kunnen compenseren.

Een van de meest voorkomende uitingen van een trauma, zegt O'Grady, is een aanhoudende depressie. Daar komt vaak verdriet en woede bij kijken – zeker omdat de vrouwen hun verdriet niet in het openbaar konden tonen, door de sociale houding ten opzichte van alleenstaande moeders. Veel slachtoffers gaven daarnaast aan last te hebben van angst- en paniekstoornissen, drugsmisbruik, zelfmoordneigingen en een diepgeworteld wantrouwen in anderen. Dat laatste had natuurlijk ook een impact op hun relaties met andere mensen.

"De erfenis van een gedwongen adoptie is een soort rimpeleffect. Ook voor anderen, waaronder familieleden en partners, blijft het pijn doen," zegt ze. "Het probleem met compensatie voor het leed dat hen is aangedaan, is dat het heel subjectief is. Het ligt eraan wat voor impact de gedwongen adoptie op iemand heeft gehad: voor sommigen zal geen enkel bedrag ooit genoeg zijn om de pijn, die de slachtoffers ook nu nog bij zich dragen, te kunnen compenseren."

Naast de familieleden en vaders van de weggehaalde kinderen, wordt er vaak één groep gedupeerden over het hoofd gezien: de adoptiekinderen zelf, die inmiddels volwassen zijn. Veel van hen melden dat de scheiding van hun moeder na hun geboorte een soort "oerwond" of trauma heeft veroorzaakt, zoals psychologen dat zeggen. Vaak resulteerde dat op latere leeftijd in psychische problemen.

Advertentie

Maar volgens sommigen heerst er bij de autoriteiten, ondersteunende diensten en zelfs de individuele slachtoffers veel weerstand om te erkennen hoeveel schade er is aangericht bij de geadopteerde kinderen. "De algemeen aanvaarde mythe over geadopteerde baby's is dat ze met een 'schone lei' zijn begonnen, een leeg canvas waar de adoptieouders hun eigen familiegeschiedenis en normen en waarden op kunnen drukken," zegt een van de gedupeerden, inmiddels ook activist die pleit voor beleidshervorming, en blogt en tweet onder de naam Trauma Grrrl.

"Toen ik opgroeide in de jaren tachtig en negentig, wilde ik graag geloven dat de familie die ik kende en van wie ik hield net zo'n groot deel van mijn identiteit uitmaakte als bij niet-geadopteerde kinderen het geval was. Maar bezoekjes aan de dokter, vragen over mijn uiterlijk van mijn vrienden en hun ouders en het feit dat ik niks over mijn biologische achtergrond wist, deden me daaraan twijfelen."

Dat wat zij zelf "genetische ontsteldheid" noemt, waarbij ze zich continu in andere mensen probeerde te herkennen, is een indicatie van het gevoel van vastberadenheid dat veel slachtoffers van gedwongen adoptie hun leven lang achtervolgt. Ze heeft lange tijd last gehad van een depressie en angstaanvallen, en heeft zich tegen het systeem gekeerd dat haar van haar moeder afpakte, haar in de molen van de pleegzorg katapulteerde, en ervoor zorgde dat ze niets over haar vader weet.

"Veel mensen die een traumatische ervaring hebben gehad, krijgen daar last van op een leeftijd waarop ze zich bewust worden van zichzelf en hun persoonlijkheid – maar bij mensen die als kind bij hun ouders weg zijn gehaald, begint dit al op een veel jongere leeftijd. Zij dragen dat trauma altijd met zich mee," legt ze uit. "Het heeft een tijdje geduurd, maar nu ik mijn trauma heb geaccepteerd, begin ik ook te leren hoe ik mezelf kan accepteren."

Volgende maand zullen moeders, kinderen, andere slachtoffers van het Australische beleid en politici bijeenkomen, om in Victoria een monument te onthullen ter nagedachtenis van de slachtoffers van de gedwongen adopties. Coughlan besluit dat men hoopt dat dit monument een plek biedt, waar slachtoffers "wat innerlijke rust en kracht kunnen vinden voor de pijn en het verdriet dat ze nog iedere dag met zich meedragen."

-

Vrouwen praten misschien veel, maar we horen ze te weinig. Daarom is Broadly Nederland er. Like onze pagina.