Onderzoekers hebben een eenvoudig middel gevonden voor fobieën

Aulofobie is de 'angst voor fluiten'. Bang zijn voor bijvoorbeeld een panfluit klinkt misschien lollig, maar deze muziekinstrumenten staan dus zo ernstig in de weg van het leven van sommige mensen dat er een woord voor is bedacht. Iedereen die lijdt aan een fobie zal je vertellen dat ze zich machteloos voelen, ook al klinkt de fobie onwerkelijk. Angsten verstoren het dagelijks leven van mensen, verlagen hun zelfvertrouwen, belemmeren het functioneren tijdens werk en kunnen zelf relaties verpesten. Deze mensen zullen er alles aan doen om een confrontatie met hun angsten te vermijden.

Er zijn veel behandelingen mogelijk voor fobieën, maar de meeste zijn lang en duur. Het succes van bestaande behandelingen lijkt meer af te hangen van de persoon die de angsten ervaart, dan de behandeling zelf. Bevindingen van nieuwe onderzoeken naar behandelingen van fobieën blijken "in scherp contrast te staan met de huidige farmaceutische en cognitieve gedragstherapieën voor angst en aan angst gerelateerde stoornissen," wat goed nieuws is voor mensen die in de greep zijn van irrationele angsten.

Drs. Marieke Soeter en Merel Kindt, van de afdeling Klinisch Psychologie aan de Universiteit van Amsterdam, hebben onlangs resultaten gepubliceerd in de laatste uitgave van Biological Psychiatry. In de publicatie vertellen ze over een succesvolle methode die op lange termijn angsten verminderd na toediening van medicatie.

De onderzoekers leunen op een theorie die vijftien jaar geleden is ontwikkeld door Dr. Joseph LeDoux. Bij reconsolidatie wordt een herinnering opgeroepen die vervolgens wordt gestabiliseerd. Hij ontdekte dat herinneringen versterkt of verzwakt kunnen worden, wat dus ook geldt voor herinneringen die angst opwekken.

Voor het onderzoek zijn 45 deelnemers geselecteerd die aan arachnofobie (angst voor spinnen) lijden, die vervolgens in twee groepen werden verdeeld. De groepen werden twee minuten blootgesteld aan een tarantula, waarna één groep een dosis van de bètablokker Propranolol – een medicijn voor hartklachten – kreeg en de andere groep een placebo.

Uit de resultaten blijkt dat "reconsolidatie van de angstgedachten het ontwijkende gedrag verandert in een aanpakkende houding en waarvan de effecten een jaar na behandeling aan bleven houden." Met andere woorden werd het ontwijkende gedrag van de deelnemers verminderd dankzij Propranolol en konden ze de spinnen makkelijker benaderen. Ze waren minder bang dan de deelnemers die een placebo kregen. De resultaten hielden minstens een jaar aan.

"Patiënten met angststoornissen of posttraumatische stressstoornis krijgen op dit moment meerdere cognitieve behandelingen of dagelijkse medicijnen die geleidelijk (en vaak tijdelijk) zorgen voor vermindering van de symptomen," vertelt Kindt. "De nieuwe behandelmethode lijkt meer op chirurgie dan op therapie".

De resultaten van het onderzoek laten zien er een middel is dat werkt tegen fobieën op lange termijn, wat goed nieuws is voor mensen die hier aan lijden… maar het is slecht nieuws voor hypnotherapeuten.