Foto via Wikipedia Commons
Ik ben best een gelukkig mens. Maar elke ochtend ben ik steevast ongelukkig. Echt doodongelukkig. Ik vind wakker worden en mijn ogen open moeten doen vreselijk. Het geluid van mijn wekker gaat door merg en been. Elke dag weer is wakker worden als een nare mindfuck die maar niet went.Om het echte ontwaken uit te stellen, snooze ik daarom elke ochtend gemiddeld zo’n vijf à zes keer en dan bedenk ik – met mijn ogen dichtgeknepen – hoe moe ik ben en dat ik al mijn sociale afspraken voor de rest van de dag ga afzeggen. Op dieptepunten snooze ik drie kwartier lang. Mijn wekker gaat dan om de zeven minuten. Als ik dan wil voorkomen dat mijn vriend een ochtendhumeur krijgt en dat de rest van de dag blijft houden (“je was weer lekker irritant vanochtend”), houd ik mijn wekker naast mijn hoofd onder de dekens, zodat ik de enige ben die ’m hoort en ongestoord op ‘snooze’ kan drukken.
Die snoozeknop kan ik inmiddels met mijn ogen dicht vinden.
Nu lijkt het net alsof ik snoozen verheerlijk. Maar ik vind het ontzettend verneukeratief. Ik word nóg vermoeider wakker als ik snooze, dan wanneer ik meteen uit bed spring. Waarom doe ik het dan?
“We snoozen omdat ons brein ons aangeeft dat we nog niet genoeg hebben geslapen,” vertelt Els van der Helm, slaapexpert en neurowetenschapper. “Je hersenen willen je er heel graag toe bewegen om verder te slapen. En je valt makkelijk in slaap omdat je bij het ontwaken niet in één keer wakker bent. De transitie van slapen naar wakker zijn is er niet in één seconde. Bovendien weten je hersenen ook niet dat de wekker over negen minuten weer gaat, dus je valt gewoon weer even in slaap en je lijf denkt dat je een nieuwe slaapcyclus begint.” Heel vervelend: er komt geen nieuwe slaapcyclus, er komen slechts een paar snoozeminuten bij. Hoi mindfuck.
Door snoozen gaat de kwaliteit van je slaap achteruit, zegt Timothy Morgenthaler, hoogleraar geneeskunde en voormalig directeur van de American Academy of Sleep Medicine. Een gemiddelde slaapcyclus duurt ongeveer 90 tot 120 minuten. Door te snoozen hakken we die laatste slaapfase in stukjes en worden we vermoeider wakker.Daarnaast wijst Van der Helm erop dat als je het moment van opstaan verplaatst, je biologische klok in de war raakt. Je slaapritme wordt verpest, en je lichaam weet niet meer goed wanneer het hormonen moet aanmaken die je helpen om te ontwaken. De ene persoon heeft een sterkere snoozebehoefte dan de ander. Als je die heel sterk hebt, kan dat twee dingen betekenen, zegt Van der Helm:
Advertentie
- Je gaat te laat naar bed
- Je bent geen ochtendmens